De etalages van Marieke van Enk

 

Bijna tien jaar lang heeft ze de buurt verrast met haar etalages voor Bakkerij Année in de Runstraat in Amsterdam. Het bijzondere aan haar etalages is dat ze even ingenieus als simpel zijn. In het verhaal dat ze uitbeelden kunnen ze een bijkans surrealistisch universum oproepen en dat ook nog eens uitgevoerd in het simpelste van het simpelste materiaal, zo vergankelijk en fragiel ook: de papieren zakken waarin de bakkerij zijn brood verpakt.

  

Marieke van Enk, beeldend kunstenaar en illustrator, zat nog op de Rietveld Academie toen ze als bakkersmeisje in de Negen Straatjes begon. Zoals zoveel dingen die gaandeweg tot iets heel bijzonders uitgroeien, zijn ook haar etalages ontstaan uit de wonderlijke uitdaging die een lichte verveling kan zijn. In de eerste zomer dat ze er werkte, was de winkel in de vakantie soms uitgestorven leeg. Om toch iets om handen te hebben ging ze huisjes maken van de papieren zakken van de winkel en zette die in de etalage. 

  

De klanten reageerden gecharmeerd en ze ging door. Haar ideeën werden groter en complexer. Vaak zat ze na haar werk nog een paar uur in de dienstruimte boven de winkel te knutselen. Ze ging er op verzoek van de bakker mee door, toen ze een andere baan kreeg. Hoeveel ze er gemaakt heeft, weet ze niet meer, zo’n vier à zes per jaar, het zullen er zo’n veertig zijn geweest. In deze kalender is er een keus uit te zien, opgeroepen door de beperkte ruimte en door de realiteit, sommige objecten zijn er niet meer.

  

Ze bekijkt het leven dat ze verbeeldt licht en liefdevol, met humor en ironie. Met een knipoog ook naar klant en passant, want soms zijn wijzelf in onze houding en gedrag het onderwerp van haar verbeelding. Hoe nietig we kunnen zijn bijvoorbeeld in een herfststorm of op glad ijs. Haar beelden kunnen dan zelfs hilarisch zijn. Soms zet ze haar wereld neer in een enkel beeld, een andere keer in een verhalend tafereel. Haar objecten en haar etalages zijn heel ruimtelijk.

 

Ik houd van de verhoudingen in haar werk, die zijn perfect, ook op schaal. Alles klopt. Als je een vogelkenner bent, kunt je een mus van een mees onderscheiden. De houding van een mens, kat, hond of vogel, eekhoorn of pauw zijn volmaakte kopieën van de werkelijkheid. Dat kan je alleen als je een groot observatievermogen hebt, en compassie. Ik heb geen voorkeur, geen directe favoriet, in haar etalages. Ik houd van de manier waarop ze haar beelden detailleert. 

 

Kijk hoe ze speelt met de vormen en de opdruk van de broodzakken, met het yingyangteken, de strepen en de spaarzame kleuren. Je vindt dat teken dan terug in de knoop van een meisjesjasje, het hart van een madeliefje, het oog in de veren van een pauwenstaart, in de spiegel van een gebakken ei; en de strepen in het patroon van een broek, de verentekening van een vogel, de pels van een hond, de baleinen van een plu, de naalden van een kerstboom. Haar beperking was het eenvoudige patroon van een simpele papieren zak, maar ze heeft die zo ontleed dat ze er een rijkdom aan vormen uit kon destilleren. Je ziet het niet alleen in de grotere ontwerpen maar ook in de kleine, in de shawl van de skischansspringer, de laarsjes van het marionettenmeisjes, de leeuw op de voetbalshirtjes, het theezakje in het ontbijtservies, tot in de stipjes van de aardbei op de jampot van hetzelfde ontbijt toe. Ze brengt het nietigste tot grootse vormen. 

 

 

Willem Ellenbroek